Het bloedbad in Sai Baba's

slaapkamer

 

Robert Priddy

(samenvatting van B. Premanand's rapport - 800 blz.)

21 oktober '01

De fotos van de moorden zijn ook op deze site, klik hier.

De moord op zes volgelingen in Baba's vertrekken in de tempel van Prashanti Nilayam op zes juni 1993 is nooit officieel opgelost omdat het onderzoek op uitdrukkelijk verzoek van de ashram tenslotte nietig werd verklaard door de Indiase regering.

In het achthonderd pagina's tellende werk van de scepticus B. Premanand dat onlangs werd gepubliceerd: 'Moorden in Sai Baba's slaapkamer', worden deze misdaden in de openbaarheid gebracht door alle feiten die bekend zijn, inclusief de betekenis die zij kunnen hebben, op een rij te zetten.

Opgenomen zijn ook de verzoekschriften die Premanand zelf bij het hof indiende, beëdigde getuigenverklaringen, talrijke krantenverslagen, zestien bladzijden met kleurenfotos die verslag doen van het bloederige misdaadtoneel, en ander bijbehorend materiaal.

Feiten niet onderzocht of weggewerkt.

Vele feiten liet men zonder enig onderzoek liggen of stopte men in de doofpot; hoofdgetuigen werden niet ondervraagd, inclusief Sai Baba zelf, die wel aanwezig was maar die over deze episode nooit één vraag van de pers of van onderzoekers heeft beantwoord.

Politie liegt en liegt nog eens.

Het is overdonderend duidelijk dat de politie aantoonbaar gelogen heeft en nog eens gelogen en dat de Central Trust, de leiding van de ashram en de Sai organisatie over dit alles zijn blijven zwijgen.

Toch is het mogelijk een redelijk bondige samenvatting van de voornaamste gebeurtenissen te maken tot een kloppend geheel. Om te beginnen zal niemand die dit met een objectieve instelling leest, kunnen ontkennen dat de belangrijkste Sai functionarissen tot over hun oren in de zaak verwikkeld waren en dat Baba's jongste broer, Janaki Ramiah, hoofdschuldige is.

Deze heeft hiermee bewezen hoeveel macht hij uitoefent op de zaken van zijn broer; later heeft hij zelfs het dagelijks beheer overgenomen van het reusachtige vermogen van de Sathya Sai Central Trust, naast het beheren van zijn eigen miljoenen die verkregen zijn door speculatie in onroerend goed.

Op de avond in kwestie bevonden zich vier dienstdoende mensen op de begane grond van de tempel, terwijl vier anderen, toen hun de toegang geweigerd werd om Baba te spreken, waarschijnlijk met geweld probeerden binnen te komen. Twee van hen die dienst hadden zouden zoals gebruikelijk daar slapen om de tempel die nacht te bewaken.

De precieze oorzaak van het gevecht dat uitbrak, behalve dat het een geval van binnendringing was, of dat men van plan was een of meer van de verdedigers te doden, is nooit definitief vastgesteld. Het resultaat was dat twee van de wachtposten tijdens een handgemeen met messen werden gedood, twee ernstig gewond, terwijl een viertienjarige student die bij Baba was in zijn slaapkamer op de bovenverdieping, ongedeerd kon ontkomen.

De student, of Baba zelf, vergrendelde de deur en zette een luide sirene in werking, waarna beiden de kamer haastig verlieten. Hoe de binnendringers door die vergrendelde deur in Baba's vertrekken kwamen blijft onduidelijk; eenmaal binnen echter, vergrendelden zij de uitgangen van het hele appartement en sloten zichzelf op, wellicht aannemend dat Baba daar nog aanwezig was en zij zichzelf op deze wijze tenminste zouden beschermen tegen de woedende menigte.

Vanaf het begin was er één politieagent in de buurt, maar uit angst verliet hij de plek. Nadat het alarm was afgegaan, duurde het nog minstens een half uur voordat de politie verscheen. Intussen echter hadden dorpelingen, permanente ashrambewoners, buitenlandse bezoekers en ongeveer zestig studenten de tempel omringd. Er volgde ruim een uur waarin ogenschijnlijk weinig gebeurde, terwijl de politie samen met de aanwezige Seva Dal mensen er tenslotte in slaagde het grootste deel van de mensenmassa buiten de tempel en omgeving terug te dringen.

Het schijnt dat enkele van Baba's hogeschoolstudenten, mogelijk vergezeld van enkele dorpsbewoners, de deur naar Baba's vertrekken openbraken om bij de vier indringers te komen.

Volgens een staflid van de bank, een betrouwbare ooggetuige die het gehele gebeuren heeft gadegeslagen en kort daarna door de BBC werd geïnterviewd, overlegde de jongste broer van Sai Baba, Janaki Ramaiah, daarna tien minuten lang met Sai Baba en Kolonel Joga Rao in een kamer geheel aan de andere kant van de tempel waarheen Baba was gevlucht.

De MBA studenten die de indringers hadden vastgebonden en naar verluid ook geslagen, gingen weg toen de politie wel heel laat arriveerde, naar men zegt aangevoerd door een dronken hoofdagent. Direct daarna, zo vertelt de ooggetuige van de bank, beval Janaki Ramaiah de vier indringers te doden omdat zij naar hij beweerde Baba hadden gepoogd te vermoorden, en zei: 'Vallani kattesinaru, champeyundira..' - 'zij zijn vastgebonden. Dood ze nu maar.'

Wat moeten we aannemen dat er tien minuten lang werd besproken tussen Baba, zijn broer en Kolonel Joga Rao terwijl de vier indringers vastgebonden en bloedend in Baba's slaapkamer lagen? Wat het ook geweest mag zijn, niet lang daarna was Sai Baba's slaapkamer veranderd in een slachthuis waarin een smerig bloedbad plaatsvond.

De doofpotoperatie.

Daarop volgde van de zijde der politie een reeks beperkende maatregelen waarmee alles volledig werd toegedekt. Het resultaat was dat men er een grote bende van maakte de die omvang kreeg van een filmklucht van de Keystone Cops. Wat langzamerhand in beeld kwam uit de beste op feiten gebaseerde verslagen van de hele verwarde massa aan verhalen was het volgende:

nadat men de vastgebonden lichamen van de vier zogenaamde aanvallers met kogels had doorzeefd, die tevoren reeds afgeranseld waren en ernstig verwond, moet de politie de lichamen hebben verplaatst, de kleding op orde gebracht en wat dies meer zij. Dit was duidelijk bedoeld om te doen voorkomen alsof de politie uit zelfverdediging had gehandeld, zoals wordt beweerd in het eerste ongevalrapport van de inspecteur.

Dit verslag wordt tegengesproken in latere officiële onderzoekingen en op enkele punten zelfs in een daarop volgende toespraak door Sai Baba zelf. Volgens een analyse van onafhankelijke rechtsgeleerden, in het bijzonder die van de Nieuw-Zeelandse advocaat Warren C. Pyke, alsmede die van de Indiase criminele recherche, was het rapport zeer zeker op vele punten vervalst en was er aan het toneel van de misdaad veel gewijzigd.

Een gedeelte van het bewijsmateriaal blijft ongewis of vaag, mede omdat latere onderzoeksresultaten uiteindelijk voor het merendeel geheim werden gehouden op last van de regering.

De worsteling:

De verklaringen van de plaatselijke politie-inspecteur staan lijnrecht tegenover die van V. Jagadish. Deze heeft de opengebroken deur gezien voordat de politie arriveerde. Ook is er de verklaring van D. Peddireddy die zei dat hij de houten plank gebroken had waarmee de deur gebarricadeerd was en toen de overledenen in de kamer had zien liggen. De inspecteur vertoonde geen kwetsuren en de andere agenten hadden kleine beschadigingen opgelopen; dit stemt niet overeen met hun verhaal dat er een worsteling had plaatsgevonden en dat het nodig was geweest het vuur te openen. De lichaamshouding van de overledenen en de wonden veroorzaakt door van dichtbij geloste schoten, kloppen niet met de politieversie. De aard van de schotwonden die bij de overledenen zijn aangetroffen beantwoordt volkomen aan schoten die op zeer korte afstand zijn gelost. Ook het aantal schoten dat is afgevuurd en de plaats waar de kogels zijn aangetroffen stemmen niet overeen met het verhaal van de politie die zegt zij uit zelfverdediging op zeer korte afstand heeft moeten schieten.

Het tijdstip:

Onafhankelijke en betrouwbare getuigen: Balachandra, Sahani, Vatsava, zij zeggen allen dat de schoten om een uur 's nachts werden gehoord, hetgeen klopt met het moment van overlijden in het lijkschouwerrapport. Dit in tegenspraak met de politie die met 11.30 u. hiervan een volle anderhalf uur afwijkt!

Bovendien vertonen de fotos die in Baba's kamer van de lichamen genomen zijn vele bijzonderheden die niet te verklaren zijn indien het politieverhaal juist is. Een foto toont ons een bebloede politieknuppel, een onverklaarbaar stuk zware metalen pijp op de vloer en twee bebloede palen op Baba's divan (waarschijnlijk gebruikt als draagbaar om enkele lichamen in een andere kamer te brengen waar een nettere plaats in gereedheid was gebracht) waarvoor de politie geen verklaring heeft. De wijze waarop het bloed verspreid lag in de vertrekken en op de lichamen, strookt niet met plaats en wijze waarop volgens de politie de slachtoffers aan hun einde zijn gekomen. Stukjes van het touw dat volgens hun zeggen gebruikt is om de slachtoffers vast te binden en toen losgesneden na het doodschieten, ziet men in een andere kamer liggen!

En zo gaat het maar door.. De politie heeft het vervolg van het onderzoek ernstig in het honderd laten lopen door het ondervragen van getuigen achterwege te laten, door zeer voor de hand liggend bewijsmateriaal te gaan verzamelen, enzovoort. Dit alles hoogstwaarschijnlijk om eigen sporen uit te wissen. Hierin is zij heel duidelijk niet geslaagd. Wij lezen echter verder.

Wiens verslag kunnen wij werkelijk vertrouwen?

Uit interviews voor de krant met gezinsleden van de vier slachtoffers en met verschillende andere mensen die hen van nabij hadden gekend gedurende de vele jaren dat zij aan Baba dienstbaar waren geweest, komt unaniem naar voren dat zij allen Sai Baba volkomen waren toegewijd; twee van hen waren reeds lang Baba's vertrouwelijke assistenten.

Er is bewijs te over dat de vier indringers, die het volgens de politie op Baba's leven gemunt hadden, iets dat trouwens door Baba zelf openlijk ontkend is, evenals door allen die met hen in nauw contact stonden, dat zij nog volgelingen waren die in vol vertrouwen Baba die avond wilden spreken om een heel andere reden.

Bij iedere goede volgeling rijst dan de vraag: 'Is dit duistere Goddelijke Spel van hemel en aarde niet geënsceneerd en geregisseerd door de Goddelijke Regisseur? De meeste volgelingen geloven immers in de Almacht die hijzelf zegt te bezitten en waarmee hij alle gebeurtenissen in de ashram bestuurt. Of strekt deze almacht zich niet eens uit tot zijn eigen studenten en ashram- personeel wanneer het hem niet gelegen komt?'

Het antwoord van de verbijsterde devotee luidt waarschijnlijk: 'Swami kiest zelf wanneer hij tussenbeide wil komen en wanneer niet. Wij kunnen zijn verborgen Goddelijke drijfveren niet begrijpen.'

Een dergelijke mystificatie stelt Baba boven de wet die hijzelf zegt te respecteren en boven elke menselijke maatstaf. Maar wordt hij hierdoor niet onmenselijk, zonder enige normale eigenschappen als bezorgdheid, mededogen of zelfs moed?

Het Criminal Investigation Department neemt het onderzoek over.

Wegens algemene onvrede over het verheimelijken van de ware toedracht door politie en ashramleiding, moest de afdeling crimineel onderzoek van het Centraal Bureau de zaak in handen nemen. Tijdens dit onderzoek kwamen enkele van de vele onregelmatigheden aan het licht waarop zowel de ashramautoriteiten als de politie keihard weigerden commentaar te leveren.

Hoewel hij toch hoofdgetuige was, is Sai Baba nooit officieel ondervraagd!!!!

De broer van een der zogenaamde aanvallers, een Sai-medewerker en voormalig hoofd van de ashrambeveiliging, Vijay Prabhu, en zijn collega Ravindra die ooit een van Baba's meest vertrouwde bedienden was, werden verdacht van samenzwering met de indringers omdat in hun verblijf explosieven en gifstoffen waren aangetroffen.

Een maand lang werden zij door heel India achterna gezeten; in de stad Nagpur gaven zij zich ten slotte over omdat zij geen gevaar wilden lopen door de politie van Andhra Pradesh, die zich toch al zo hopeloos gecompromitteerd had, geliquideerd te worden.

Corruptie bij Central Trust en medewerkers?

Volgens de pers hebben zij toen verklaard dat de vier die door de politie waren doodgeschoten, de bedoeling hadden Baba een aantal feiten voor te leggen omtrent grote corruptie in de Central Trust en bij Baba's toenmalige medewerkers. Zij waren geenszins van plan Baba iets toe te brengen; zij waren hem allen toegewijd en hadden voor hem een uitstekende loopbaan opgeofferd.

De zaak werd tenslotte geheel stopgezet door tussenkomst van het hoogste binnenlandse gezag in India, de Minister van Binnenlandse Zaken, S.B. Chavan.

Zodra de doofpotoperatie van de politie duidelijk begon te worden en de CID het onderzoek overnam, werd hij door Baba op bezoek gevraagd.

In zijn toespraak tijdens het Gurupurnimafeest verklaarde Baba dat er geen aanslag op zijn leven was gepleegd.

Hij bleef maar wat warrig doorpraten over een gesprekje met zijn medewerker Radhakrishna over het drinken van karnemelk, een bezoek aan het dorp enzovoort, maar gaf geen echte verklaring met zijn gepreek over de jaloezie als het belangrijkste kwaad 'op alle levensgebieden in de huidige samenleving', een jaloezie die ook achter deze gebeurtenis zou steken.

Alsof alle moorden daarmee werden gerechtvaardigd, voegde hij er nog aan toe: 'De afloop is hiervoor het enige geneesmiddel'. Ook verdedigde hij alle leden van de Central Trust in verband met de beschuldigingen van corruptie. Uit betrouwbare bron verneem ik echter dat hij later, toen de zaak voldoende was gekalmeerd, enkelen van hen juist hierom de laan heeft uitgestuurd.

Baba kan echter zonder het te willen een stukje van de waarheid achter deze confrontatie hebben blootgegeven toen hij in dezelfde toespraak vertelde dat Radhkrishna tegen hem had gezegd: 'Swami vreest misschien dat ik ergens daarbuiten met anderen ga praten.' Verschillende andere personen die erbij betrokken waren, beweren eveneens dat corruptie de kern van de zaak was. Terloops nog stelde Baba het tijdstip van Radhakrishna's dood op 10 uur, een verschil van enkele uren met het politierapport.

De Minister van Binnenlandse Zaken Chavan bezocht Baba in totaal vijf maal in de daaropvolgende maanden, voordat de uiteindelijk verlossing kwam in de vorm van het vertrouwelijk regeringsbevel gegeven door de Eerste Minister van Andhra Pradesh om het moordonderzoek te sluiten. De meer dan honderd fotos, in beslag genomen door K.V. Reddy, politieambtenaar, en het CID rapport mochten niet worden vrijgegeven.

Het spreekt boekdelen dat dit zelfs niet in de openbaarheid mocht komen. Het geeft aan welke verbazingwekkende hoogte de corrupte machtsmanipulatie hier bereikte om de waarheid het zwijgen op te leggen en Baba's reputatie veilig te stellen.

De Secretaris van de Sathya Sai Trust had Chavan gevraagd de zaak te laten rusten daar hij Baba's imago geen goed zou doen. Weldenkende mensen zullen zich beslist afvragen hoe de waarheid over deze hele kwestie Baba's imago zou kunnen beschadigen!! 

Nieuwe, dramatische feiten.

Schrijver dezes weet uit zeer betrouwbare bron binnen de ashram, die dagelijks met Sai Baba in contact staat, dat de politie werd aangespoord de vier in koelen bloede dood te schieten door de hoogste leiding van de ashram en van de Central Trust, voornamelijk door Baba's jongste broer Janaki Ramaiah.

Deze zegsman vertelde mij ook dat het bestuur van de ashram wist en kon bewijzen dat de politie twee moordenaars van een Duitse volgelinge had vrijgelaten toen zij de plaats prijsgaven waar het geld (80.000 roepies) waarvoor zij de moord hadden gepleegd, verborgen was. De politie behield het geld zelf en zo kreeg de ashram een groot pressiemiddel tegen hen in handen. Dit noemt men afpersing, een criminele daad.

De zaak van de Duitse volgelinge is nooit opgelost; haar enige 'misdaad' bestond hierin dat zij het geld dat zij bij de State Bank te Puttaparthi had opgenomen om de verbeteringen in haar nieuwe kamer te betalen, niet netjes wegborg voordat zij door het dorp lopend terugkeerde.

De dag tevoren was Baba afgereisd en in een poging het voorval geheim te houden, gelaste de leiding alle buitenlandse bezoekers en bewoners om ten snelste te vertrekken, zoals daar altijd gebruikelijk is na een moord.

Schrijver dezes is tientallen jaren in contact geweest met Baba en heeft veel tijd met hem doorgebracht in zijn ashrams. Daarom heeft het mij na 1993 zoveel tijd gekost de overigens volkomen ondenkbare feiten omtrent de hierboven beschreven gebeurtenis te leren accepteren en er vrede mee te hebben.

Wanneer het juiste ogenblik daarvoor gekomen is, zal mijn informant binnen de ashram van wie deze aanvullende informatie afkomstig is, alles openbaar maken en nog meer bijzonderheden geven.

De topfunctionarissen en zelfs de MBA studenten die min of meer op de hoogte zijn, zijn merendeels nog gevangenen van hun eigen omstandigheden: dikwijls zijn zij bevreesd te breken met hun geloof en met een 'heilige' die maatschappelijk en geestelijk zo dominant en heerszuchtig is.

Slechts enkelen zullen zich op dit ogenblik zozeer hebben bevrijd van de betovering en van de angst voor een eventuele wraakoefening dat zij hun mond durven opendoen. Toch is het te hopen dat zij daartoe uiteindelijk zullen besluiten. Ik weet dat de gewone toegewijde ongeveer in hetzelfde schuitje zit als het erom gaat vrijuit te spreken over zoveel feiten en over hun eigen twijfel. Om vele persoonlijke redenen zijn zij niet bereid verder te kijken dan Baba's goede woorden en werken en wij moeten toegeven dat die talrijk zijn.

Laten wij intussen ons medeleven betuigen aan allen die in dit hele gebeuren zo smartelijk mishandeld zijn of beroofd van verwanten, aan wie de gang naar de rechter onthouden is alsmede elke vorm van schadevergoeding. Dit geldt zeker ook voor de talloze sb-volgelingen die zoveel tijd, energie en beslist veel geld hebben opgeofferd met zulke goede bedoelingen en vanuit hun vast geloof en vertrouwen. Wij mogen niet vergeten dat de weldadige maatschappelijke arbeid en diensten van deze beweging in werkelijkheid door hen worden gefinancierd en verricht.

Het rouwproces enerzijds en aan de andere kant de persoonlijke bevrijding van de persoon en het symbool Sai Baba de God - processen die onvermijdelijk zijn geworden door de kloof die gaapt tussen alles wat hij zegt en alles wat hij doet - is waarschijnlijk lang en pijnlijk.

Wat wij ermee zullen bereiken is een groeiend gevoel van eigenwaarde en zelfvertrouwen waarmee de spirituele realisatie dichterbij komt.

 

Korte samenvatting van en aanvulling op:

'Murders in Sai Baba's Bedroom' door B. Premanand. Price India Rs. 400/- , overseas US $40/- free postage. Published by B.Premanand, 11/7 Chettipalayam Road, Podnadur. 641 023 Tamil Nadu, India. Voor toezending van exemplaren stuur postwissel of bankcheque.